Adrian Tchaikovsky interview – Modern Myths

Adrian Tchaikovsky interview – Hugo Awards, hyper geëvolueerde spinnen en Doctor Who

Ben je op zoek naar een moderne schrijver in het fantastische genre, dan kom je uit bij Adrian Tchaikovsky. Deze auteur van sciencefiction en fantasy heeft een imponerende bibliografie en won met zijn Children of Time-serie al een Arthur C. Clarke Award en een Hugo Award. In het Nederlands verschijnt die serie onder de titel Kinderen van de tijd bij Iceberg Books. Onlangs haalde de uitgever Tchaikovsky naar Nederland voor een boektour in Amsterdam, Deventer en Groningen. Modern Myths zocht de veelzijdige, vriendelijke auteur op bij Scheltema in Amsterdam. Lees ons Adrian Tchaikovsky interview! 

Lees ook Jeroens Kinderen van de tijd recensie.

Adrian Tchaikovsky meet and greet in Scheltema Amsterdam
Adrian Tchaikovsky interview – Scheltema Meet & Greet aankondiging

Als je kijkt naar de auteursfoto van Adrian Tchaikovsky waarmee zijn boektour op de social media pagina’s van Iceberg Books werd aangekondigd, verwacht je een strenge, literaire filosoof te ontmoeten. Een auteur die vanonder zijn puntige wenkbrauwen al je interviewvragen doorprikt en al je oppervlakkigheid genadeloos blootlegt. Maar niets is minder waar. Je zal zelden een warmere, vriendelijker en gullere schrijver ontmoeten dan deze Engelse liefhebber van het fantastische genre. Al snel blijkt hij gewoon net als wij te zijn.

Adrian Tchaikovsky was op uitnodiging van uitgeverij Iceberg Books op 9 en 10 februari in Nederland. Eerst signeerde hij op vrijdag zijn werk in boekhandel Scheltema, om daarna door te reizen naar Deventer. Daar werd hij in boekhandel Broekhuis geïnterviewd door onze eigen Nederlandse sciencefictionauteur Roderick Leeuwenhart. De volgende dag kon je Tchaikovsky vinden op het boekenfestival “Het Grote Gebeuren” in Groningen. Voor Modern Myths schoof Jeroen in Scheltema aan achter de signeertafel van de auteur om hem te interviewen over de Hugo Award, zijn werk en zijn ideeën. Lees in ons Adrian Tchaikovsky interview waar de schrijver zijn ideeën vandaan haalt, hoe hij sciencefiction en fantasy benadert en hoe een schrijfdag er voor hem uitziet. Je zult veel van jezelf in hem herkennen:

  • Gefeliciteerd met het winnen van de Hugo Award! U bevindt zich nu in het gezelschap van Asimov, Heinlein, Philip K. Dick, Frank Herbert, Ursula Le Guin, Arthur C. Clarke en meer. Hoe voelt dat?

Zoals veel schrijvers je zullen vertellen, kom je nooit echt over je “bedriegerssyndroom” heen. Ik bedoel, ik schrijf al zestien jaar met succes, ik won de Hugo Award en de Arthur C. Clarke Award, maar ik voel me nog steeds de nieuweling die zijn plek in het genre nog moet verdienen. Het voelt altijd als een enorme, maar vooral onverdiende, eer om dat soort erkenning voor mijn schrijfwerk te krijgen. Ik denk niet dat ik daar ooit genoeg van zal krijgen.

Kinderen van de tijd serie - Adrian Tchaikovsky
Adrian Tchaikovsky interview – Kinderen van de tijd serie
  • Wie waren de idolen in uw jeugd? Wat las u?
Howl's Moving Castle - Diana Wynne Jones
Howl’s Moving Castle – Diana Wynne Jones

Van de auteurs die je noemde, heb ik vooral Ursula Le Guin gelezen in mijn jeugd. En Diana Wynne Jones (Howl’s Moving Castle, The Lives of Christopher Chant – red.), een Engelse schrijfster van jeugdboeken. Zij is een schrijfster waar ik nog steeds naar terugkeer en af en toe herlees. Zij is een van de weinige auteurs waar mijn zoon, die niet zoveel leest, erg dol op is. Ik las ook een heleboel Doctor Who boeken. Daar heb ik mijn liefde voor lezen vandaan.

  • Heeft u het tweede seizoen van Good Omens gezien waarin iemand omgekocht wordt met een Doctor Who special dat nooit officieel werd uitgegeven?

Ja, dat was een opmerkelijk goede serie. Vooral als je bedenkt dat ze voorbij het originele boek gegaan zijn. Ik vond dat het tweede seizoen behoorlijk goed uit de verf kwam.

  • Doctor Who is typische Britse sciencefiction. Het heeft een grote fanbase. Wat trekt u aan in die show?

Naast de monsters – want het maakte niet uit wat er verscheen, als kind vond ik de monsters, de buitenaardse wezens en de robots geweldig, eigenlijk alles wat er was naast de mensen waarin je geïnteresseerd moest zijn – zijn het de ongelimiteerde mogelijkheden. Je kan meegenomen worden naar elke planeet, elk tijdperk. Er is een onuitputtelijke bron van potentiële verhalen in die opzet dat niet iedere franchise heeft.

  • U heeft zoölogie gestudeerd. Dat vakgebied zie je terug in de monters van Doctor Who en speelt ook een grote rol in uw eigen werk. Er zijn nog steeds veel dieren op onze planeet die niet gecatalogiseerd zijn. Volgt u het nieuws uit de zoölogiewereld nog steeds?
Kinderen van de tijd - Adrian Tchaikovsky
Kinderen van de tijd

Ik probeer op de hoogte te blijven, want het is een van de plekken waar ik mijn ideeën vandaan haal. Het is altijd nuttig om wat podcasts te volgen of de onderzoeken en artikelen te lezen die verschijnen. Ik ben nu op het punt dat – zelfs als ik het niet zou bijhouden – mensen me links sturen omdat ze weten waarin ik geïnteresseerd ben. Dus telkens als er iets nieuws is dat bijvoorbeeld gerelateerd is aan spinnen, wordt ik overspoeld door mensen die zeggen ‘heb je dit gezien? Je moet dit echt lezen!’. Dus het voelt alsof ik gewoon kan gaan zitten met mijn mond open, terwijl mensen me interessante feiten voeren (lacht).

  • Op het moment vinden we steeds meer planeten met onze betere telescopen. Elke dag zie je nieuwe foto’s van sterrenstelsels, planeten, etc. En we bouwen een nieuwe Hadron Collider. Maar tegelijkertijd warmt onze omgeving op en vernietigen we onze planeet. Wat is het in de mensheid dat we die beide zijdes van de medaille laten zien?

Het is veel makkelijker om aan te nemen dat we in de toekomst zorgenvrij op Mars of op een andere planeet zullen wonen. En daarom zorgen we niet voor datgene wat we hier hebben. Terwijl het niet zo zal gaan. Ik bedoel, we kunnen aannemelijk naar Mars gaan in onze tijdspanne, maar die planeet is ongelooflijk vijandig. Er zitten heel weinig voordelen aan leven op Mars, vergeleken met leven op aarde.

Ik zou het geweldig vinden als we naar de sterren gaan, ik zou het geweldig vinden als we konden leven op Mars. Het zou geweldig zijn als we bemande missies naar exoplaneten zouden uitvoeren. Maar tenzij we ons realiseren dat we eerst onze manier van leven hier moeten aanpassen, zullen we nooit zover komen. Omdat we daar de tijd dan niet voor zullen hebben.

  • Ik zie de mensheid soms als een zwerm sprinkhanen. We vernielen alles om ons heen en vertrekken dan naar de volgende plek waar we dat weer opnieuw doen.

En dat is ironisch gezien het traditionele “kwaadaardige buitenaardse invasie”-verhaal dat je ziet in Independence Day. Maar uiteindelijk, als je veilig de ruimte in kan gaan, is dat allemaal helemaal niet nodig. Je hoeft geen bewoonde planeten binnen te vallen. Dat slaat nergens op, want het universum zit vol met niet-levende middelen. Dat kan je gewoon gebruiken, alle bronnen zijn aanwezig. Het universum is overal van hetzelfde gemaakt.

Maar op dit moment zitten we in een crisis waarin we de noodzaak hebben daarheen te gaan. Als het zover is, krijg je dat soort bijna post-schaarste scenario zoals in de verhalen van Iain M. Banks (de Culture serie – red.). Daarin vind je werelden en werelden vol met alle elementen die je maar nodig kan hebben. Maar je moet de dingen hier eerst voldoende stabiliseren voor je die sprong kan wagen.

  • Moest u lang nadenken over hoe we naar de sterren zouden reizen voor u de Kinderen van de tijd-serie begon? Want er zijn nogal wat mogelijkheden.
Kinderen van de ondergang - Adrian Tchaikovsky
Kinderen van de ondergang

In de Kinderen van de tijd doet de mensheid dat twee keer. Eerst met enorme technologische verfijning: terraformers gaan de ruimte in om nieuwe aardes te maken tussen de sterren. En dat gaat vreselijk mis. Dan stort de menselijke beschaving in, wat geen spoiler is, want het gebeurt al in het eerste hoofdstuk van het boek. Vele duizenden jaren later krijgen we een tweede kans om de ruimte in te gaan. Dan vertrekt een wanhopige, krakkemikkige vloot schepen van een aarde die niet langer bewoonbaar is. We proberen die werelden te vinden die misschien wel of misschien niet omgevormd zijn tot aarde-achtige planeten door onze voorouders.

En dus doe ik het eigenlijk op twee manieren. Ik heb het grote, verfijnde, nogal toekomstachtige scifi ruimtereizen en ik heb het wanhopige dystopische ruimtereizen. Kies maar uit welke van de twee het meest waarschijnlijk is.

  • In populaire fictie heb je de Star Trek sciencefiction, dat een soort utopie is. En je hebt de Alien sciencefiction, dat bestaat uit rammelende ruimteschepen waar olie uit druipt. Duisternis en horror.

Met een arbeidersklasse.

  • Precies. Welke van de twee is het meest waarschijnlijk voor de mensheid?

Nou, als je kijkt naar een paar van de boeken die van mij uitkomen dit en volgend jaar, zie je dat ik nogal wat verschillende “mensen in de ruimte” scenario’s heb geschreven. Ik bespeel het hele veld. Ik heb nogal wat verschillende mogelijkheden om in te gaan. Van het soort tirannieke idealistische ruimterijk uit Alien Clay, tot de genadeloze bedrijfsuitbuiting in een ander boek.

In Kinderen van de tijd krijg je een soort van utopische alliantie van verschillende rassen die op onderzoek uitgaan, gewoon omdat het kan. Laten we interessante dingen in de ruimte ontdekken. Ik zou uiteraard graag dat laatste in werkelijkheid zien, maar zelfs in die boeken heeft de mensheid wat hulp nodig van buitenaf om zover te komen.

Adrian Tchaikovsky signeert in Scheltema Amsterdam - 9 februari 2024
Adrian Tchaikovsky interview – De auteur signeert in Scheltema Amsterdam
  • Op het moment zie je dat – met alle angsten in de wereld – mensen teruggrijpen naar meer traditionele waardes. In Amerika heb je Trump die voor de tweede keer president wil worden. Er zijn daar nieuwe wetten die het vrouwen onmogelijk maken om een abortus te nemen. We moeten naar de toekomst kijken, we moeten onze maatschappij uitbreiden, maar tegelijkertijd lijkt het wel alsof sommige mensen terug naar de middeleeuwen willen. Waarom doen we dat?

Ik vind dat er zeker een element in de menselijke psyché zit dat bang is voor verandering, een angst voor het vreemde. Het heeft te maken met de generatie waar je onderdeel van bent, het heeft sterk te maken met de manier waarop de menselijke generaties werken. Het idee dat de oudere generatie in veel maatschappijen effectief probeert controle uit te oefenen over wat de jongere generatie doet, wat zij denken en geloven. Ik denk dat we als soort zeer vatbaar zijn voor het creëren van dit soort vormen van macht en controle. En dat wordt altijd bedreigd door verandering.

Het antwoord daarop is vaak: terugkeren naar je basis. Je gaat terug naar dat wat je kent, de wijze waarop de dingen waren. En dat is een vreemde gedachte. Sinds de tijd dat mensen dingen opschreven, klaagden ze over “kinderen van vandaag de dag”. Ze aanbidden de verkeerde goden, ze geven Zeus niet het juiste respect, dat soort dingen. Het is verbazend hoe dat nooit lijkt te veranderen.

Maar het idee van het afdwingen van hoe de dingen vroeger waren, geeft de oudere generatie automatisch autoriteit, omdat zij nog weten hoe het was. Met het idee dat de dingen vroeger beter waren. Terwijl in feite, als je het objectief bekijkt, waren de dingen vroeger juist slechter. Ik zou niet willen leven in de vroege 19e eeuw of in de 18e eeuw. Die vraag krijg je altijd binnen de sciencefiction. Waar zou je heen willen gaan als je een tijdmachine zou hebben? Ik zou nergens heen willen gaan waar geen antibiotica is.

Het zou fijn zijn als al deze “sterke mannenpolitiek”, deze rechtse conservatieve wijze van het afkappen van vrijheid van denken en vrijheid van handelen, een soort laatste stuiptrekking is in het lichaam van een slang, voordat die manier van ouderwets denken verdwenen is. Dat is een nogal optimistische manier om naar de dingen te kijken. Wie weet hoe het zal gaan.

  • Moet u zich erg concentreren om daarmee te breken als sciencefictionschrijver?
Kinderen van de herinnering - Adrian Tchaikovsky
Kinderen van de herinnering

Nee, er is wel een hoop conservatieve sciencefiction, maar ik denk dat de vaardigheid van sciencefiction is om daar vandaan te gaan. Het is intrinsiek in het genre om andere manieren van dingen doen te vinden. Daar draait het om. Of het nu een volledig verzonnen soort van fantastische wereld is, of een nieuw stuk technologie, of een nieuwe manier van het structureren van een maatschappij; dat is wat we doen als sciencefictionschrijvers. We hebben de vrijheid om dat te doen, wat je niet per se in andere genres ziet.

  • Sciencefiction gaat over de toekomst. Maar als je kijkt naar de grote sciencefictionverhalen en de schrijvers daarvan, zie je ook dat het vooral een product van zijn tijd is. Je hebt bijvoorbeeld boeken als 2001: A Space Odyssey, dat niet lijkt op hoe 2001 er echt uitzag. Je hebt 1984, dat niet was zoals ons eigen 1984 ging…

Hoewel 1984 nu meer en meer profetisch lijkt!

  • Inderdaad, George Orwell zat er een paar jaar naast! Maar als je bijvoorbeeld kijkt naar Total Recall met Arnold Schwarzenegger, zie je treinen met reusachtige CRT-monitors erin. Dat was toen het nieuwste van het nieuwste. Maar al onze monitoren zijn nu plat. Hoe extrapoleer je de toekomst om die geloofwaardig te maken, terwijl het ook ver genoeg van ons vandaan staat om comfortabel aan te voelen?
Neuromancer - William Gibson
Neuromancer – William Gibson

Dat is heel moeilijk. Het is ook niet iets waar sciencefiction zo goed in is als mensen denken. Er zijn wel wat opmerkelijke triomfen, zoals de kleine tablets die je in Star Trek ziet. Dat bestaat nu echt en hadden we toen niet. Of bepaalde visies op cyberspace. Hoewel, als je kijkt naar het cyberspace in Neuromancer van William Gibson, dan is dat niet zoals het nu is. We zijn niet bezig met een volledig virtuele realiteit met online vormen en steden. Al dat soort virtuele architectuur dat omgevormd wordt tot nep-fysieke omgevingen. Zo hack je een computer niet in het echte leven. En zo zal het ook nooit gaan. Want je gebruikt dan een behoorlijke hoeveelheid onnodige processorkracht.

De wijze waarop ik dat ontwijk, is door zo ver in de toekomst te schrijven, dat ik alles kan verzinnen. Of je schrijft juist heel dichtbij ons heden, waar je zo weinig mogelijk extrapoleert. Wat er zou kunnen gebeuren binnen, zeg, vijftig jaar tijd. Dat is het lastigste tijdsbestek om in te schrijven. Omdat je weet dat er dingen veranderd zullen zijn, maar je weet niet in welke richting het zal gaan. Vijftig jaar geleden konden ze niet voorspellen wat we nu hebben. Of zelfs twintig jaar geleden. Het is net als toen de telefoon uitgevonden werd. Mensen zeiden: ‘we voorzien dat er tenminste één telefoon per gemeenschap zal zijn”. En nu hebben we er allemaal een in onze broekzak. Wie kon dat vermoeden?

Sciencefiction is niet zo goed in het voorspellen van zaken. Vooral technologie. Want zelfs als je veel weet van het vakgebied, veranderen deze zaken nogal willekeurig. De richting die dat opgaat heeft te maken met wat mensen uitvinden en op welke wijze het gebruikt wordt. Maar sciencefiction is wel heel goed in het verzinnen van fictieve uitvindingen die vervolgens werkelijkheid worden. Ik vind dat bijna een veel nuttigere service.

  • Zit er voor u een groot verschil tussen het schrijven van sciencefiction en het schrijven van fantasy?
City of Last Chances - Adrian Tchaikovsky
Adrian Tchaikovsky interview – City of Last Chances

Het is een soort spectrum. Er is een middenweg als je bijvoorbeeld een space opera schrijft, waar de “science” niet zo belangrijk is. Dat is meer een fantasy verhaal of een actie avontuur waar toevallig een ruimteschip in voorkomt. Dat is overduidelijk het terrein van Star Wars en zo. Als ik sciencefiction schrijf, probeer ik de wetenschap echt kloppend te krijgen. Dat betekent dat ik praat met wetenschappers om uit te vinden waar de gaten in mijn kennis zitten, zodat ik mijn best kan doen om die te vullen. Maar je maakt altijd wel een foutje en iemand zal je daar altijd op wijzen. Je probeert het altijd zo plausibel mogelijk te krijgen als maar kan.

En soms heb je enkel het gevoel van plausibiliteit nodig, zodat de vreemde elementen – zoals bijvoorbeeld hyper geëvolueerde gigantische spinnen – daadwerkelijk realistisch zijn, in plaats van een soort fantastische elementen te lijken. Fantasy is meer pure creatie. Het is op zichzelf erg bevredigend, vanwege die vrijheid. Maar wat je doet is je wereld uitwerken, met de parameters die daarbij horen. In beide gevallen heb je te maken met een aantal consistente axioma’s. Maar sommige daarvan komen voort uit het universum en de wetenschap, zelfs als ze volledig zelf verzonnen zijn.

  • Met hoeveel verschillende werelden bent u dan tegelijkertijd bezig? Wat plannen en uitwerken betreft?

Ik schrijf er altijd een per keer, maar ik heb er daarnaast gewoonlijk een stuk of vijf of zes in verschillende stadia van planning. En dan ook nog een of twee die ik geschreven heb, maar nu aan het redigeren ben. Dus ik heb een soort van lopende band structuur in werking.

  • Hoe ziet een schrijfdag er voor u uit?

Ik schrijf gewoonlijk in de ochtenden. Ik sta nogal vroeg op en schrijf in de ochtenden tot ik een bepaalde scène of verhaallijn heb uitgewerkt, of klaar ben met datgene wat ik op dat moment in gedachten had. En dan ga ik de rest van de dag andere dingen doen. Terwijl in mijn achterhoofd mijn bron van inspiratie weer aangevuld wordt. En de volgende ochtend ben ik dan weer klaar om verder te gaan.

  • Wanneer kwam voor u het moment om te stoppen met uw juridische werk en als fulltime schrijver aan de slag te gaan?

Toen we genoeg geld op de bank hadden staan om onszelf – mocht het allemaal in het honderd lopen – een aantal jaar te kunnen bedruipen. Eerlijk, dat was de rekensom. Inkomen uit schrijven kan enorm variëren van jaar tot jaar. We moesten er zeker van zijn dat, als we nooit meer een boek zouden verkopen, we tenminste twee jaar hadden om een nieuw plan te verzinnen. Kortom, dat was het moment waarop mijn vrouw me toestond het te gaan doen (lacht).

  • Bent u al benaderd door de BBC of Netflix om een van uw boeken te laten verfilmen?

Zo af en toe ben ik met mensen in gesprek en soms komt daar een optie uit om iets te ontwikkelen wat aangekocht is. Er wordt momenteel voor de tweede keer naar Kinderen van de tijd gekeken. En over een paar andere projecten wordt gepraat. Maar ik ben nog nooit dichtbij iets gekomen dat daadwerkelijk uitgevoerd wordt. Zoals veel schrijvers je zullen vertellen, is dat de meest voorkomende situatie. Negentig procent van alles krijgt een optie, maar draait nooit ergens op uit.

  • Maar de kansen worden wel groter, met alle streamingdiensten.

Het zou erg leuk zijn. Maar een van de problemen die ik heb met Kinderen van de tijd, dat het boek is waar de meeste mensen mee in aanraking komen en waar ik het meest om bekend sta, waarschijnlijk ook het lastigste is wat ik geschreven heb om te verfilmen. Omdat veel van het verhaal zich afspeelt in de geest van spinnen. En dus zou je er veel bij aan moeten passen om er iets mee te kunnen doen.

Ik denk dat dit een goed moment is om een oproep te doen aan iedereen die geïnteresseerd is om iets anders van mij te bewerken. Laat van je horen!

  • Het was geweldig om met u te praten en u hier in Amsterdam te ontmoeten.

Geen probleem, hartelijk dank!

 

Adrian Tchaikovsky interview – Kinderen van de tijd

Je vindt de Kinderen van de tijd-serie in het Nederlands bij uitgeverij Iceberg Books. Koop de serie op Bol.com of Amazon.nl:

Wil je meer interviews lezen na dit Adrian Tchaikovsky interview? Ga naar onze Interviews!

Adrian Tchaikovsky interview: © 2024-2024 Modern Myths

Jeroen Geelhoed interviewt in Scheltema
Adrian Tchaikovsky interview – Jeroen Geelhoed en Adrian Tchaikovsky

Jeroen Geelhoed

Jeroen is geboren in 1975, terwijl zijn moeder The Lord of the Rings las. Zelf las hij de boeken op een kwetsbare leeftijd en was daarna nooit meer hetzelfde. Gecombineerd met een onverzadigbare verzameldrang ging Jeroen op avontuur in de Engelstalige Dragonlance boeken en bezit hij ondertussen duizenden Marvel Comics. Zijn favoriete schrijver is Alan Moore, maar daarnaast leest Jeroen net zo graag Harry Mulisch en Thomas Rosenboom. Als gamer speelt Jeroen elke Assassin’s Creed tot 100% uit. Zijn favoriete game is The Secret of Monkey Island. Zijn favoriete films: Labyrinth, Guardians of the Galaxy, No Country for Old Men en The Princess Bride. Kortom, een te diverse smaak en te weinig uren in een dag om in elke hobby tijd te steken. Typisch.

Official Superhero Merchandise

Reactie plaatsen

Door het plaatsen van je reactie worden persoonsgevens werwerkt zoals omschreven in onze privacyverklaring.

  • Films en seriesFilms en series
  • BoekenBoeken